);
Op het einde van de zestiger en in het begin van de zeventiger jaren trokken heel wat jonge Amerikanen naar het Oosten om er een goeroe te vinden, die hen kon aanleren hoe ze moesten mediteren.
Drie trappisten van de abdij van Spencer (USA) vonden dat die jonge mensen elders gingen zoeken wat thuis in de Katholieke Kerk ook te vinden was. Als basis namen ze het veertiende eeuwse boek “De Wolk van Niet-Weten”, van een onbekend schrijver, die de mensen wilde wijzen op een intiemere omgang met God. Een stil aanwezig zijn bij God zonder gedachten (zelfs niet over God), zonder gevoelens.
Het is zoals die boer in Ars, die uren in stilte voor het tabernakel kon zitten. Toen de heilige pastoor van Ars hem vroeg wat hij toch deed, antwoordde die boer: “Ik kijk naar Hem en Hij kijkt naar mij!” Zo eenvoudig is het Centrerend Gebed!
Uit dit boek “De Wolk van Niet-Weten” distilleerden de drie trappisten enkele eenvoudige regels.
Natuurlijk is het niet mogelijk om zonder gedachten te zijn. Het komt er op aan geen aandacht aan ze te schenken. Daarom is de eerste regel:
I. Kies een woord als symbool van uw bedoeling om bij God te zijn en toe te laten dat God in ons werkt.
Het woord – iefst kort, niet meer dan twee lettergrepen – gebruiken wij om terug naar God te gaan wanneer we van Hem afdwaalden door aandacht te schenken aan een of andere gedachte die spontaan bij ons opkwam. Met dat woord willen wij dus uitdrukken dat wij terug naar God willen om weer stil bij Hem te zijn.
Het heeft geen belang hoe vaak we dat woord moeten zeggen omdat we steeds weer aandacht schenken aan nieuwe gedachten. Om te vermijden dat we aandacht schenken aan het woord zelf is het niet geraadzaam om dat woord binnen de tijdspanne van ons gebed te veranderen.
Aansluitend werken we aan onze houding met de tweede regel:
II. Ga gemakkelijk zitten en denk dan in aan stilte het heilig woord als symbool van uw openheid voor Gods aanwezigheid en werkzaamheid in u.
Welke manier van zitten we ook kiezen, we houden de rugrech. en zitten niet zó gemakkelijk dat we in slaap vallen.
Trouwens als dat gebeurt geen nood: we denken even aan ons ‘woord’ en vervolgen ons gebed. Niets forceren! Het is wel aan te raden om de hele tijd de ogen gesloten te houden.
De derde regel gaat in op de onvermijdelijke afleidingen:
III. Als u zich bewust wordt van gedachten, ga dan heel zachtjes terug naar uw woord.
“Gedachten” daarmee bedoelen we elke vorm van gewaarwording, dus ook zintuiglijke waarnemingen, gevoelens, beelden, geluiden die van buiten komen, herinneringen, gedachten en reacties op ervaringen.
Gedachten zijn een normaal onderdeel van Centrerend Gebed, maar alleen geven we er geen aandacht aan.
Met de vierde regel sluiten we ons gebedsmoment ordelijk af:
IV Blijf aan het eind van de gebedsperiode enkele minuten met gesloten ogen stil zitten.
We blijven nog 2 à 3 minuten stil zitten om geen bruuske overgang te hebben van ons gebed naar het actieve leven dat we na ons gebed hervatten.
Terwijl we langzaam het Onze Vader bidden gunnen we onze geest de tijd om weer aan de indrukken van buiten te wennen, en ook kunnen we de sfeer van stilte gemakkelijker meenemen in het dagelijks leven.
Hoe vaak en hoe lang beoefenen we dit gebed?
Ideaal is tweemaal daags en zo mogelijk ’s morgens en ’s avonds en telkens gedurende 20 minuten als dat haalbaar is, maar liefst in het begin niet meer dan 20 minuten. Het is vanzelfsprekend dat wij de vraag stellen wat zo’n tweemaal daags in stilte bij de Heer vertoeven in ons teweegbrengt? Wat zijn de vruchtenervan? In verband hiermee ben ik altijd een beetje bang omdat het gevaar groot is dat we resultaten verwachten in het gebed zelf. Daar moeten we ons niet om bekommeren. Onze aandacht moet gaan naar God, die werkelijk tegenwoordig is.
Vruchten zijn er wel degelijk, maar die worden waargenomen en ervaren buiten de tijd van het gebed: doordat we bijvoorbeeld geduldiger worden, verdraagzamer, minder opvliegend, liefdevoller. Dit alles wijst op de aanwezigheid en de werkzaamheid van de Geest van Liefde in ons. In Centrerend Gebed zoeken we niet onszelf en we zoeken ook niets voor onszelf. We zoeken de levende God. Maar door Hem te vinden, vinden wij daarbuiten al het andere: mijn God en mijn alles.
Deze gebedsmethode lijkt erg veel op Christelijke Meditatie volgens John Main. Het grote verschil is echter dat daar het woord voortdurend wordt gezegd en in Centrerend Gebed alleen maar wanneer het nodig is, hoewel het natuurlijk vaak nodig kan zijn. Wie meer informatie verlangt kan terecht bij frater Michiel Meeusen.